Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Ook werden ten zelfden dage mannen gesteld over de kameren, tot de schatten, tot de hefofferen, tot de eerstelingen en tot de tienden, om daarin uit de akkers [35]der steden te verzamelen de delen [36]der wet, voor de priesteren en voor de Levieten; want Juda [37]was vrolijk over de priesteren en over de Levieten, die daar [38]stonden. 34. Vergelijk onder, hfdst.13 vs.5,12,13, en boven, hfdst.10 vs.37,38. 35. Dat is, die rondom de steden lagen. 36. Dat is, die in de wet verordineerd waren voor, enz. Tot welker opbrenging zij zich opnieuw verbonden hadden, boven, hfdst.10 vs.35, enz. 37. Hebreeuws, [daar was] blijdschap, of vrolijkheid van Juda; of, de vrolijkheid van Juda [was] over, enz. 38. Dat is, hun dienst vlijtiglijk en getrouwelijk waarnamen, en daarin alzo zouden voortgaan, daar zij tevoren in het land verstrooid waren door gebrek aan onderhoud, dat men nu gewilliglijk en met vreugde opbracht. Vergelijk onder, hfdst.13 vs.10.